Sinds 2010 vindt op onze school ook voltijds onderwijs aan hoogbegaafde kinderen plaats. De afdeling biedt geen montessori-onderwijs, maar is wel gebaseerd op Maria Montessori’s uitspraak: help mij het zelf te doen. Voor sommige hoogbegaafde kinderen (maar niet voor allemaal) is het essentieel dat ze dit ‘zelf doen’ oefenen in een groep met ontwikkelingsgelijken: een HB-groep. In zo’n groep voelen zij zich gezien en gehoord in hun zijnsluik: rechtvaardigheidsgevoel, sensitiviteit, een kritische instelling, perfectionisme en autonomie wordt gezien en begrepen. Daarnaast vinden ze ontwikkelingsgelijken wat betreft hun capaciteiten, gemeten met een intelligentietest.
Op de HB-afdeling geven we het kind de hulp die het nodig heeft om zich te ontwikkelen tot een zelfstandig persoon dat verantwoordelijkheid kan en wil dragen voor zichzelf, zijn omgeving en de samenleving waar hij een deel van uitmaakt. Dat doen we door ons onderwijs op drie pijlers in te richten: het leren leren, leren doen en leren leven&zijn.
Leren leren
In de pijler van het leren leren krijgen kinderen het aanbod dat ze nodig hebben, om een volgende cognitieve stap te maken. We brengen in kaart welke leerdoelen een kind al beheerst, en welke nog niet. Het gaat hierbij om leerdoelen van het reken-, spelling- en leesonderwijs. Alleen de doelen die de kinderen nog niet beheersen, worden expliciet aangeboden en geoefend. Daarnaast zijn we kritisch op hoeveel oefenstof kinderen nodig hebben om de volgende stap te zetten. We monitoren hun ontwikkeling en stimuleren tot het afronden van een leerdoel. Als basis gebruiken we hierbij de materialen die ook op de montessori-afdeling ingezet worden. We compacten deze materialen zowel in tijd als in hoeveelheid.
Leren doen
In de pijler van het leren doen oefenen kinderen expliciet hun executieve vaardigheden. Het gaat dan om vaardigheden die je nodig hebt om jezelf aan de gang te krijgen en te houden. Om dit te oefenen, werpen we leerkuilen op voor de kinderen. Dat zijn leersituaties waarin ze niet meteen het antwoord of de oplossing zien. Om dan toch tot een uitwerking te komen, gaan kinderen door diverse stadia: ik snap het niet - dit is te moeilijk - ik ben hier slecht in - ik stop ermee - ik zet door totdat het lukt - ik moet nog even oefenen - ik kan hulp vragen - het lukt. Deze leerkuilervaringen vragen een coachende stijl van de leerkracht. We creëren deze situaties door verrijkingswerk te geven, te werken aan school- of eigen projecten, door te filosoferen en door strategische spellen met de kinderen te spelen. Het helpt in het ontwikkelen van doelgericht gedrag.
Leren leven & zijn
In de pijler van het leren leven & zijn werken we met de kinderen bewust aan hun levenshouding. Dat gebeurt tijdens de levenslessen, die meerdere keren per week expliciet op het rooster staan. In een driejaarlijkse cyclus komen diverse grote thema’s aan bod. Voorbeelden van thema’s zijn vriendschap, emoties, moreel kompas, character strenghts of samenwerken. Kinderen ontdekken door de levenslessen hun eigen veerkracht, en leren daarnaast dat deze thema’s voor een ander anders kunnen zijn.
De levenslessen zijn heel divers van aard, maar hebben allemaal hun basis in de positieve psychologie. De verwerking is ook divers en varieert van het bespreken van een prentenboek, een filmpje bekijken, een drama activiteit uitvoeren of een klassengesprek tot een creatieve verwerking of een spel spelen. Met deze pijler zien we dat kinderen zichzelf beter leren kennen. Het helpt hen zich beter staande te houden in de wereld.
De speciaal opgeleide leerkracht
Naast een diploma leraar basisonderwijs, hebben veel leerkrachten op de HB-afdeling ook nog een andere HBO- of wetenschappelijke opleiding afgerond. Bovendien hebben alle leerkrachten een specifieke HB-opleiding gevolgd en volgen ze die in een van de eerste jaren dat ze bij ons werken. Misschien nog wel belangrijker dan al deze scholing, is het feit dat de collega’s allemaal affiniteit hebben met hoogbegaafdheid, al dan niet als ervaringsdeskundige. Dit maakt, dat ze goed kunnen aansluiten bij de ondersteuningsbehoeften van hoogbegaafde kinderen en zich vaak kunnen verplaatsen in de uitdagingen die ouders met hun kind (kunnen) ervaren.
Maximaal aantal kinderen
Om recht te doen aan de behoeften van alle hoogbegaafde kinderen in de groep, is er een maximaal aantal kinderen vastgesteld voor de HB-afdeling. In Breda kunnen we maximaal 110 kinderen een plek geven (verdeeld over 5 groepen); in Prinsenbeek ligt dat aantal op maximaal 84 (verdeeld over 4 groepen). In schooljaar 2023-2024 zijn deze aantallen bereikt en kunnen we alleen kinderen plaatsen als er sprake is van een verhuizing of tussentijdse uitstroom.
Bij het plaatsen van kinderen op de HB-afdeling kijken we, behalve naar leerlingenaantallen, ook naar de onderwijsbehoeften van het kind in combinatie met de zorgzwaarte in de groep en de al bestaande groepsdynamiek. Een plaatsing wordt voorafgegaan door een uitgebreide procedure, omdat we zo zeker mogelijk willen weten of de HB-afdeling een antwoord kan geven op de onderwijs- en begeleidingsvraag van een kind.
Overlap met de montessori-afdeling
Een aantal zaken is op de HB-afdeling vergelijkbaar met de montessori-afdeling. Zo wordt er ook gewerkt in heterogene groepen, wordt er (deels) gebruik gemaakt van montessori-materiaal, geven we geen cijfers en is vrijheid in gebondenheid een groot goed. Een nadere toelichting hierop staat beschreven bij De kenmerken van montessorionderwijs